Kun je je nog herinneren hoe het was om als kind te spelen, zorgeloos en vrij? Ik wel!
En tijdens dat spelen leer je ook nog eens ontzettend veel. Het mooie is dat we als volwassenen een actieve rol kunnen spelen in het stimuleren van de taalontwikkeling bij kinderen, zonder afbreuk te doen aan de magie van het spelen.
In dit artikel neem ik je mee op een reis door de wereld van taalstimulatie tijdens het spelen. Ik deel mijn inzichten, tips en trucs om kinderen op een speelse en natuurlijke manier te helpen hun taalvaardigheid en woordenschat te vergroten.
Dus pak een kopje thee, nestel je op de bank en bereid je voor op een boeiend avontuur!
Veel Leesplezier!
Laura
De eerste stapjes van de taalontwikkeling begint al in de buik van de moeder. In het brein worden al een set verbindingen aangelegd, zo herkennen baby’tjes al op jonge leeftijd klanken van hun moedertaal.
Lang niet alle kinderen zijn de Nederlandse taal machtig op het moment dat zij starten op de basisschool. Misschien hebben zij een andere moedertaal of hebben zij moeite met taal.
Een rijke taalomgeving is al vanaf jonge leeftijd belangrijk. Het is minder belangrijk welke taal het is, zolang het rijke taal is.
In de vroeg- en voorschoolse periode hebben leidsters en leerkrachten de eer om de Nederlandse woordenschat en de taalvaardigheid van kinderen te stimuleren.
Dit gebeurt bij terloopse gesprekken tijdens alledaagse dingen zoals lunchen, maar natuurlijk ook tijdens het voorlezen, uitstapjes of het spelen.
Waarom zou je tijdens het spelen de taal en woordenschat stimuleren?
Taal oefen je in interactie met elkaar, het is een sociaal proces. Voor de hersenontwikkeling is het belangrijk dat je veel praat met jonge kinderen en dat zij de gelegenheid hebben om zelf te spreken.
Tijdens het spelen kunnen kinderen oefenen met de taal. Zeker bij spelvormen als rollenspel hebben kinderen een en al interactie met elkaar.
Door hier bij aan te sluiten of de ruimte/tijd te vergroten, creëer je een betekenisvolle leer- en oefensituatie voor de kinderen in je klas. Tijdens het spelen oefenen en herhalen kinderen de aangeboden taal uit de omgeving. Dit zorgt voor stevige verbindingen in het brein.
Luc Stevens beschrijft drie basisbehoeften van mensen. Zodra deze behoeften bevredigd zijn, staat iemand open om te leren. Er ontstaat dan ruimte voor een innerlijke motivatie. Je kent ze misschien wel: relatie, competentie en autonomie.
Binnen (de kenmerken van) spel komen deze drie basisbehoeften sterk terug. Spel stimuleert het gevoel van competentie en de autonomie omdat kinderen tijdens het spelen zelf bepalen wat zij doen en hoe zij dit doen.
De basisbehoefte relatie komt bijvoorbeeld terug in de ontwikkeling van het samenspelen. Bovendien is een spelsituatie de plek om sociale vaardigheden te oefenen.
Naast de drie basisbehoeften, zijn de andere kenmerken van spelen ook belangrijke elementen die helpen bij leren. De betrokkenheid, plezier en vrijwillig meedoen met het spel.
Spelen is voor (jonge) kinderen een natuurlijke vorm van oefenen en leren. Kinderen voelen zich veilig en zijn betrokken tijdens het spelen.
Op een ongedwongen manier kunnen zij bijvoorbeeld nieuwe woorden oefenen en gevoelens onder woorden brengen. Het denken en de taal worden al handelend aan elkaar gekoppeld.
Op welke manier kun je de woordenschat vergroten en taal stimuleren tijdens het spelen?
Zorg voor voldoende tijd en ruimte voor rollen- en fantasiespel.
Rollenspel stimuleert de taalproductie van kinderen. Tijdens het spel moeten zij overleggen over de rollen, het verloop van het verhaal en tijdens het spelen zelf wordt er veel gecommuniceerd.
Rollenspel en fantasiespel zijn geweldig voor het bevorderen van de taalontwikkeling bij kinderen. Ze stimuleren het gebruik van woorden en zinnen om ideeën en emoties te uiten.
Laten we eens kijken naar een aantal rollenspel- en fantasiespelactiviteiten die je met je klas kunt uitproberen:
- Winkeltje spelen: Laat je kind de rol van winkelier of klant op zich nemen, terwijl jij de andere rol speelt. Moedig je kind aan om producten te beschrijven, vragen te stellen over prijzen en betalingen te doen.
- Restaurantje spelen: Speel samen dat jullie in een restaurant zijn, waarbij één van jullie de ober is en de ander de klant. Oefen met het bestellen en serveren van eten, en bespreek de smaak en textuur van de ‘gerechten’.
- Doktertje spelen: Laat je kind de rol van dokter op zich nemen en jij bent de patiënt, of andersom. Stel vragen over kwaaltjes en symptomen, en laat je kind uitleggen wat voor behandeling of medicijnen je nodig hebt.
- Poppentheater: Gebruik handpoppen of knuffels om verhalen en situaties na te spelen. Laat je kind verschillende personages hun eigen stem en persoonlijkheid geven en oefen zo met dialogen en monologen.
- Superheldenavontuur: Verzin samen een spannend superheldenverhaal waarin jullie de helden zijn. Bespreek de krachten en vaardigheden van jullie personages, en gebruik taal om actiescènes en confrontaties te beschrijven.
Door samen met je kind deze rollenspel- en fantasiespelactiviteiten te verkennen, creëer je een veilige en leuke omgeving waarin ze zich vrij voelen om te experimenteren met taal en nieuwe woorden en zinnen leren gebruiken.
Vergeet niet om tijdens het spelen veel vragen te stellen en je kind aan te moedigen om zijn of haar gedachten en ideeën te delen!
Laat de nieuwe woorden terugkomen in de (thema)hoeken.
Om een nieuw woord te leren helpt het als een persoon dat woord vaak hoort en actief kan herhalen. Na een woordenschatles, met bijvoorbeeld de methodiek Met Woorden in de Weer, zijn kinderen aan zet om te oefenen met het woord.
Zodra kinderen de gelegenheid krijgen om de woorden te gebruiken tijdens hun spel, hebben zij de gelegenheid om de woorden te herhalen.
Verwoord het handelen van jezelf en kinderen
Tijdens het spelen in, bijvoorbeeld de bouwhoek, kun je het handelen van het kind verwoorden. Op deze manier kun je ruimtelijke begrippen aanbieden. ‘Ik zie dat je toren hoger maakt, je legt er een blok bovenop’.
Je kunt ook vragen stellen over hoe hij/zij het bouwwerk heeft gemaakt of hoe het zand bijvoorbeeld aanvoelt. Zeker als je zelf ook meespeelt, ontstaat er een natuurlijke situatie om deze vragen te stellen en taal toevoegen.
Van een Ambulant Begeleider vanuit Cluster 2 (spraak/taal) kreeg ik ooit ook de tip om het handelen te verwoorden om vervolgens het kind te vragen de zin te herhalen. Let hierbij wel op dat je het niet continu doet, dat kan het spelen belemmeren.
Speel samen gezelschapsspellen
Bij veel gezelschapsspellen heb je taal nodig om het spel te spelen. Naast de sociale interactie met de ander, zijn er spellen waarbij je vragen stelt zoals bij het spel Wie ben ik? Of ben je actief bezig met woorden, zoals bij de spellen Pim Pam Pet of kwartet.
Daarnaast kun je een spel als memory gemakkelijk maken met de afbeeldingen van de aangeboden woorden van de woordenschatles. Hints en Pictionary zijn ook gemakkelijk te spelen met de nieuwe en oude woorden van een woordenschatles of een thema.
Demonstratiespel: ik, wij, jullie, jij…
Bij demonstratiespel doe je een kort toneelstukje waarin je laat zien hoe je bijvoorbeeld een telefoongesprek voert of hoe je afrekent in de supermarkt.
Nadat jij het voor hebt gedaan, mogen de kinderen dit in kleine groepjes naspelen. Vervolgens kunnen de kinderen dit eigen maken tijdens hun eigen spelmoment.
Kinderen hebben steun aan jouw handelen en de taal die je gebruikt. Bovendien kan je op deze manier het spelrepertoire van kinderen vergroten en een nieuwe impuls geven.
Spel met prentenboeken
Voorlezen is een mooie en leuke activiteit om de taalontwikkeling van kinderen te stimuleren. Bovendien zijn ze prachtig om naar te kijken! Persoonlijk ben ik fan van de prenten van Dieter en Ingrid Schubert.
Zorg voor prentenboeken die aansluiten bij het thema, dit geeft kinderen de gelegenheid om aangeboden woorden nog een keer te horen. Daarnaast geeft het meer (talige) context van woorden.
Nadat je een prentenboek hebt voorgelezen kun je een verteltafel maken of kinderen de mogelijkheid geven om het verhaal na te spelen in de huis- of themahoek.
Kinderen kunnen het verhaal naspelen of bedenken zelf een verhaal met dezelfde personages. Zo stimuleer je de creativiteit en het verhaalbegrip bij de kinderen.
Een valkuil (waar ik zelf ook in was getrapt) bij een verteltafel kan zijn dat je kinderen verplicht hetzelfde verhaal te spelen.
Het doel van de week was ‘ik kan een verhaal navertellen’. Dus ik zat klaar met mijn pen en papier om te observeren… Bedachten de kinderen hele andere verhalen! Absoluut niet fout, toch vroeg ik de kinderen om het verhaal na te ‘spelen’.
In dit geval is het geen spelen meer, maar wordt het een gestuurde activiteit. Staar je niet blind op de doelen, maar blijf de kinderen volgen.
Do’s and Dont’s
Do’s | Don’ts |
Verbeter de kinderen impliciet: herhaal wat zij zeggen op de juiste manier. | Maak er geen overhoring of lesje van, blijf spelen! |
Speel op ooghoogte van het kind. | Neem niet de leiding over van het spel. |
Wees tijdens het spelen aanwezig, in volle aandacht. | Forceer de taalproductie niet. |
Knoop gesprekjes aan op rustige spelmomenten. | |
Maak gebruik van lichaamstaal. | |
Houd er rekening mee dat oogcontact niet voor iedereen makkelijk is, dit verschilt per cultuur. | |
Zorg voor wederkerigheid. |
Even een momentje voor jezelf…
Oké, je hebt het artikel doorgelezen en bent nu helemaal klaar om aan de slag te gaan. Maar wat waren nu precies de belangrijkste takeaways?
Nou, ten eerste: tijdens het spelen hebben kinderen de perfecte gelegenheid om taal te oefenen en hun woordenschat uit te breiden.
Ten tweede: zorg voor voldoende tijd en ruimte voor rollenspel en fantasiespel, want dit stimuleert de taalproductie van kinderen enorm.
Ten derde: verwoord het handelen van jezelf en de kinderen tijdens het spelen om taal toe te voegen aan hun activiteiten.
En tot slot: speel samen gezelschapsspellen om taalontwikkeling spelenderwijs te bevorderen.
Leesvoer
- Artikel over basisbehoeften: Self-Determination Theory and the Facilitation of Intrinsic Motivation, Social Development, and Well-Being
- Utrechts Kwaliteitskader, educatie jonge kind.
- Fourniret, M. (2010). Meer zorg voor kleuters via spelbegeleiding. Leuven: Uitgeverij Lannoo
- Grift, B. van de (2010). Kinderkoppie. Hoe een rijke leeromgeving bijdraagt aan de ontwikkeling van het kinderbrein. Amsterdam: Uitgeverij SWP
Kenmerken van spel en spelen
- Spelen is vrijwillig, je kan een ander niet dwingen om te spelen.
- Spelen is prettig, kinderen hebben plezier.
- Tijdens het spelen is er een grote betrokkenheid.
- Kinderen hebben vrijheid van handelen. Zij bepalen zelf wat ze doen, in spel is alles mogelijk.
- Spel heeft zijn eigen regels (die de kinderen bedenken).
- Spelen is open en flexibel, het proces is belangrijker dan een vorm van een eindproduct.